Johan Hendrik Bernhard, in vijf hoofdstukken.

Zo’n beetje al mijn voorouders komen uit de Zuid-Hollandse calvinistische klei (meegerekend die delen van omliggende provincies die tot 1800 ook tot Holland behoorden). Ze waren nauwelijks of niet mobiel, en lieten nauwelijks of geen sporen na in de archieven anders dan doop-, trouw- en sterfdatum. Een uitzondering is Johan Hendrik Bernhard, die omstreeks 1733 in Duitsland werd geboren, luthers was en in ons land verhuisde van Den Haag naar Leiden naar Haarlem naar Hoorn. Ook zeilde hij een keer heen en weer naar Batavia. De moeder van mijn opa Kentie, Engelina Bernhart, stamde in rechte lijn van hem af. Zonen, kleinzonen en een enkele achterkleinzoon vinden we ook online in archieven, kranten en publicaties. Maak kennis met kleermaker Johan Bernhard, zijn zoon Balthasar die als kleermaker failliet ging dankzij heftige rellen in Hoorn tussen patriotten en prinsgezinden; zoon Johan Hendrik, die baas van het Aalmoezeniersweeshuis in Amsterdam was; kleinzoon Johan Hendrik, die als poldergast meegroef aan het Noordhollands kanaal en in Sliedrecht belandde; kleinzoon Johan Hendrik, die in Suriname directeur van plantages werd en slaven hield; achterkleinzoon Johan Hendrik, die als slaaf geboren werd maar alles erfde van zijn vader de plantagedirecteur; kleinzoon Abraham, die als arts in Amsterdam met de eerste cholera-epidemie te maken kreeg. En de drie schoonzonen Rondhout, gehuwd met de drie dochters van stamvader Johan Hendriks. Schoonzoon Ouker was kunstschilder. Lees meer over hen in vijf hoofdstukken.

Copyright Theo Kentie.

Geverifieerd door ExactMetrics